Patellofemoraal pijnsyndroom
Het patellofemormaal pijnsyndroom houdt in dat er pijnklachten zijn rondom de knieschijf (patella) van de knie. De oorzaak kan zitten in het te veel belasten van de knie, bijvoorbeeld door een te snelle trainingsopbouw of veranderingen tijdens de groei. Het aanpassen van de (sport) belasting en het versterken van de spieren rondom de knie zijn vaak effectief in een paar weken.
Kruisbandletsel
In die knie heb je een voorste en een achterste kruisband welke het bovenbeen met het onderbeen verbindt. Beide zijn verantwoordelijk voor de stabiliteit van het kniegewricht. Letsel ontstaat vaak na een traumamoment van de knie, bijvoorbeeld verdraaien tijdens sport. Bij letsel is de stabiliteit fors verminderd. Vaak geeft dit klachten met sporten en soms ook in het dagelijks leven en met werk. Sporten waarbij je veel moet wenden, keren, springen zijn vaak niet mogelijk. Denk hierbij aan voetbal, hockey, handbal en skiën.
Met een goed revalidatietraject (met of zonder operatie) wordt de kracht van het bovenbeen en stabiliteit van de knie weer opgebouwd. Indien er klachten (door de knie zakken) aanwezig zijn kan de er een operatie plaatsvinden. Na deze operatie kunnen de meeste sporters pas na 9 tot 12 maanden weer deelnemen aan hun sport!
Meniscusletsel
In het kniegewricht zitten twee halvemaanvormige ringen van kraakbeen: de binnenste en buitenste meniscus. Deze schokdempers vangen de druk van het gewricht op, voornamelijk bij het draaien van de knie, hardlopen en springen. Door een acuut moment, het verdraaien van de knie, maar ook door herhaaldelijke overbelasting kan er letsel aan de meniscus ontstaan. Pijn, zwelling en het niet goed kunnen bewegen van de knie zijn dan herkenbare klachten.
In veel gevallen hersteld het letsel vanzelf en kan, na een geleidelijk behandeltraject, het sporten hervat worden. Indien er geen herstel optreed of de knie ‘op slot zit’ is contact met een orthopedisch chirurg noodzakelijk.
Letsel aan de kniebanden
Aan de binnenzijde en buitenzijde van de knie heb je een knieband die stabiliteit aan de knie geeft. Bij een val, verdraaiing of bij het sporten met contact met de tegenstander kan hieraan letsel ontstaan. Pijn aan de zijkant van de knie en zwelling zijn dan kenmerkend. In veel gevallen kan de knieband goed herstellen, waarbij er onder begeleiding van de fysiotherapeut de (sport)belasting geleidelijk opgebouwd wordt. In sommige gevallen, bij ernstiger letsel, is absolute rust en contact met de orthopedisch chirurg noodzakelijk.
Artrose of slijtage van het kraakbeen
De uiteinde van onze botten zijn beschermd met een schokdempende laag, het kraakbeen. Naarmate we ouder worden kan de kwaliteit en dikte van dit kraakbeen afnemen: Artrose of slijtage. De fysiotherapeut kan helpen met geven van inzicht en tips in het belasten van de knie en het aansterken van de spieren. Bewegen blijft namelijk erg belangrijk!
Indien de artrose of ‘slijtage’ te veel pijn en beperkingen geeft kan er besloten worden om het gewricht te vervangen, de nieuwe knie prothese. Onder begeleiding van de fysiotherapeut wordt er dan gerevalideerd.
Letsel aan het kraakbeen
Bij het verdraaien van de knie kan er ook letsel ontstaan het kraakbeen van het kniegewricht. Pijn en zwelling van de knie zijn dan kenmerkend. Er zitten geen zenuwen of bloedvaten in het kraakbeen, hierdoor kan het zijn dat schade aan het kraakbeen niet pijnlijk hoeft te zijn. De pijn komt met name opzetten door irritatie van het bot of slijmvlies onderliggend. Als het kraakbeen beschadigd is kan je last krijgen van pijn, zwelling, instabiliteitgevoel, het ‘op slot’ gaan van de knie en het horen kraken van de knie.